Wanneer je bladmuziek opzoekt van een muziekstuk of song, krijg je bijna altijd een in noten geschreven stuk muziek. Zeker wanneer het om de exacte notatie gaat van een muziekstuk, is het notenschrift het meest gebruikte notatievorm. Uiteraard zijn er andere manieren zoals grafische notatie met strepen, puntjes enz. Maar het notenschrift geeft precies aan hoe de muziek klinkt. Dat komt omdat elk symbool iets betekent. Daar zijn afspraken over gemaakt.

Als je een leesboek gaat lezen, dan ken je die afspraken ook. Er is een indeling gemaakt op hoofdstuk, alinea, zin, woord enz. Daarnaast lees je (meestal) van links naar rechts. Bepaalde klemtonen laat je op een specifieke manier klinken, sommige letters klinken harder dan andere letters, enz.

Dat geldt voor het notenschrift ook! Weet je wat alle symbolen betekent, dan kan je het notenschrift lezen.

Maar waarom is dat dan zo handig? Ik kan toch ook alles op gehoord doen?

Ja, klopt maar als je iets wilt opschrijven voor iemand anders, dan wordt het al lastig. Je kan het tekenen maar wat is dan de exacte hoogte, sterkte enz.? Daarnaast kan je natuurlijk ook muziek van anderen lezen als je het notenschrift kent. Het notenschrift is dus een hulpmiddel zodat je opgeschreven stukjes muziek op een instrument kunt leren spelen.

In deze cursus gaan we stap voor stap langs alle belangrijke symbolen. Omdat we ons specifiek op “Muziek op de Pabo” richten, zijn alle instructies voorzien van werkvormen die passen bij het onderwijsgebied.

Succes!